Interpretatie uitslagen BoviLab transitieslide
Mark van Kleef
Laatste update één maand geleden
Close-up periode (20-2 dagen voor afkalven)
| parameter | referentie | streefwaarde | interpretatie |
|---|---|---|---|
| NEFA (mmol/L) | <0,4 | 0,1 | vetmobilisatie, risico voor leververvetting en ketose na afkalven |
| BHB (mmol/L) | <0,9 | - | voornamelijk nutritioneel, door boterzuurvorming in de pens |
| BUN (mmol/L) | 3,3-6,6 | 4,5 | te laag: invloed op biestkwaliteit en penswerking (alleen onbestendig eiwit) te hoog: verminderde eiwitefficiëntie |
| Ca (mmol/L) | 2,15-2,75 | 2,4 | calciummetabolisme uit de botten onvoldoende geactiveerd |
| P (mmol/L) | 1,3-2,4 | 1,5-1,7 | minder fosfor in het bloed vermindert het risico op melkziekte |
| Mg (mmol/L) | 0,8-1,3 | 1,0 | meer magnesium in het bloed vermindert het risico op melkziekte NB: tevens maat voor variatie DS-opname |
Verse periode (1-10 dagen na afkalven)
| parameter | referentie | streefwaarde | interpretatie |
|---|---|---|---|
| NEFA (mmol/L) | <0,6 | <0,4 | vetmobilisatie (tot op zekere hoogte fysiologisch), risico voor leververvetting en ketose. |
| BHB (mmol/L) | <1,2 | <0.9 | hyperketonaemie/ketose |
| BUN (mmol/L) | 3,3-6,6 | 3,5 | te laag: invloed op melkproductie te hoog: verminderde eiwitefficiëntie |
| Ca (mmol/L) | 2,15-2,75 | >2,15 | 1,5-2,15: hypocalcaemie NB: let op de lactatiedagen, bij voorkeur op D3 of D4 testen |
| P (mmol/L) | 1,3-2,4 | 1,5-2,0 | preventie fosfortekort |
| Mg (mmol/L) | 0,8-1,3 | 1,0 | preventie magnesiumtekort |